Het is een hectische periode voor Milan Franssen van Delphy. Financieel en organisatorisch gezien is 'zijn' nieuwe TKI-project klaar voor de start. Alleen moeten er nog wat administratieve puntjes op de i worden gezet. De voorbereidingsfase is dit keer intensiever dan gebruikelijk, erkent de jonge projectmanager in het magazine van Delphy. Want Delphy is niet enkel participant, maar ook initiator.
Millan heeft HAS Venlo gevolgd door twee masters aan Wageningen University & Research (WUR). Hij heeft expertise in open tuinbouwteelten, zachtfruit, nutriënten, bodem en bemesting. Volgens hem is een onderzoek geslaagd als 'alle betrokkenen elkaars verwachtingen kennen, en hun expertise optimaal kunnen inzetten.'
Met een proeflocatie in het hart van het Boskoops boomkwekerijgebied is Delphy sterk betrokken bij regionale telers. Dagelijks pikken onze adviseurs dan ook urgente en meer sluimerende praktijkproblemen op. Het project 'wAardewerk' integreert enkele van deze vraagstukken. Het onderzoeksdoel is drieledig. Het team gaat zoeken naar meer circulaire componenten voor aanvulgronden, zal aansluitend de verschillende bemestingsbehoeften beproeven en tot slot alle ontwikkelde kennis vertalen naar concrete, uitvoerbare tools. Looptijd van 2024 tot begin 2028.
Waarom dit onderzoek?
"Door proactief in te spelen op regionale en landelijke ontwikkelingen, willen we de license-to-produce van boomkwekerijen veilig stellen. Een belangrijk thema in de toekomstgerichte productie betreft het gebruik van aanvulgronden. Deze grondgebonden substraten zijn vaak mixen van laagveen en grondstoffen als compost en verschralingszand. Aangezien veen een grote milieuimpact heeft, zoeken we naar duurzamere alternatieven. Deze zoektocht koppelen we aan een update van de gangbare bemestingsadviezen. De huidige richtlijnen komen nog uit de jaren tachtig, en houden beperkt rekening met uitspoeling en mineralisatie. Rijnland heeft vastgesteld dat twintig procent van de fosfaten gemeten in het oppervlaktewater van Boskoop en omgeving afkomstig zijn van boomkwekerij. Het siert de sector om verantwoordelijkheid te nemen en uitspoeling te beperken. Want hoeveel meststoffen heeft het gewas -ook bij gebruik van de nieuwe aanvulgronden- concreet nodig? Tot hoever kunnen we verschralen? Met behoud van de gewenste rendabiliteit natuurlijk. Tegelijkertijd onderzoeken we mogelijkheden om fosfaat actief terug te winnen uit oppervlaktewater. Voor een nog grotere, positieve impact."
Waar ben je nu mee bezig?
"Met dit project tonen we lef. Als belangrijkste kennispartner van de telers initiëren we het onderzoek en bijbehorende financiële- en samenwerkingsconstructies. Dat zorgt voor veel regelwerk. Bij wAardewerk zijn bijvoorbeeld twee kennisinstellingen en 11 (keten)organisaties betrokken. Die moet je wel op één lijn krijgen en houden. Om mijn hoofd koel te houden, heb ik veel steun aan collega's die het spelletje al iets langer spelen."
Waar kijk je naar uit?
"Het mooie van mijn rol als projectleider is dat ik over alles mag meedenken en meepraten. Niet te snel conclusies trekken, maar juist nieuwe vragen stellen. En naar aanleiding van de tussentijdse resultaten verregaande ideetjes 'droppen'. Bij dit project is zoveel expertise betrokken, ik vind het heerlijk om met al die partners te brainstormen. En gelukkig zijn er altijd weer onze adviseurs om die ideeën op uitvoerbaarheid te beoordelen. Zij houden zo'n project met beide benen op de grond.