ABN AMRO neemt afscheid van de internationale ambities en richt zich voortaan alleen op Noordwest-Europa, dat kondigde de nieuwe topman Robert Swaak woensdag aan. Tevens stopt de bank met handelsfinanciering en grondstoffenhandel. Kantoren in de VS, Brazilië, Australië, China, Hongkong en Singapore gaan dicht.
Robert Swaak, CEO: Toen ik als CEO van ABN AMRO begon, heb ik vier prioriteiten gesteld: de bank door de Covid-19 crisis loodsen, de strategie onder de loep nemen, ons focussen op onze licence-to-operate, en de cultuur van de bank verder versterken. Op alle terreinen hebben we vooruitgang geboekt, ook bij de review van de strategie. We willen klanten bedienen in segmenten waar wij schaal kunnen realiseren, en zullen ons focussen op Nederland en Noordwest Europa, waar we gaan investeren en groeien. Dit komt ook tot uiting in de uitkomst van de CIB review, die vandaag is bekendgemaakt.
Corporate & Institutional Banking (CIB) gaat zich focussen op klanten in Noordwest Europa en op Clearing en we trekken ons terug uit alle niet-Europese corporate banking-activiteiten. De activiteiten van Trade & Commodity Finance worden volledig beëindigd en in Natural Resources en Transportation & Logistics gaan we ons uitsluitend richten op Europese klanten. Daarnaast hebben we de kredietvoorwaarden en -limieten aangescherpt om ook aan een gematigd risicoprofiel bij te dragen. CIB wordt opgesplitst in kern- en niet-kernactiviteiten. De niet-kernactiviteiten (ongeveer 45% van het kredietvolume van CIB, circa 35% van de risicogewogen activa (RWA) van CIB en ruim 10% van de totale RWA) worden naar verwachting in de komende 3 à 4 jaar afgebouwd. Op dit moment zijn ongeveer 800 fte’s werkzaam in de niet-kernactiviteiten. Het afbouwproces, dat nog door de toezichthouders dient te worden goedgekeurd, zal naar verwachting in de komende jaren de kapitaalpositie versterken.
Hoewel de impact van de ‘zachte lockdown’ op de economie in Nederland minder ernstig was dan in veel landen, heeft Covid-19 significante invloed op onze financiële resultaten. We rapporteren over het tweede kwartaal een nagenoeg break-even nettoresultaat van EUR 5 miljoen negatief. Het operationeel resultaat was goed, ondanks aanhoudende druk op de netto rentebaten. De kosten waren lager dankzij verdergaande kostenbeheersing. De kredietvoorzieningen waren weer hoog als gevolg van een uitzonderlijk klantdossier, Covid-19 en de olieprijs. Het operationele resultaat, hoewel veerkrachtig, zal de kredietvoorzieningen voor FY 2020 naar verwachting niet volledig compenseren. Het rendement op eigen vermogen kwam uit op een teleurstellende -0,7% en de cost/income ratio op 60,4%. Onze financiële positie blijft sterk, met een Basel III CET1 ratio van 17,3% en een Basel IV CET1 ratio van circa 14%, ruim boven de wettelijke minimumeisen.
Ons doel ‘Banking for better, for generations to come’, dient als kompas bij het realiseren van onze strategie. Naast het besluit om ons te richten op Noordwest Europa hebben we strategische principes geformuleerd met betrekking tot klanten, digitalisering, gematigd risico en financiële ambities. Deze zullen ons leiden bij het maken van duidelijke keuzes. In november maken we hierover meer bekend, en zullen we ook operationele efficiëntie, financiële doelstellingen en kapitaal adresseren.’
Bron: ABN AMRO