Het kabinet komt met een nieuw toelatingsstelsel voor uitzendbureaus. Daarmee wil het kabinet malafide uitzendbureaus aanpakken. Het wetsvoorstel van minister Van Gennip is dinsdag naar de Tweede Kamer gestuurd.
"Nog te vaak worden arbeidsmigranten in Nederland behandeld als tweederangsburgers. Zij slapen in slechte omstandigheden en werken op gevaarlijke plekken, met onzekere contracten. Malafide uitzendbureaus maken misbruik van hun kwetsbare positie en verdienen daar geld aan. Dit is Nederland onwaardig. Dit wetsvoorstel moet ervoor zorgen dat deze uitzendbureaus goed voor hun personeel zorgen. Dat verbetert de positie van arbeidsmigranten én zorgt voor een gelijk speelveld voor alle uitzendbureaus."
Toelatingsstelsel
Met dit wetsvoorstel wordt een toelatingsstelsel ingevoerd voor uitzendbureaus en andere bedrijven die arbeidskrachten ter beschikking stellen. De kern van dit stelsel is dat deze uitleners alleen op de markt mogen opereren als zij daartoe toegelaten zijn. Daarvoor moeten zij onder andere een VOG indienen, een waarborgsom van honderdduizend euro overmaken, laten zien dat zij het juiste loon betalen en netjes hun belastingen betalen. Periodiek wordt gecontroleerd of de uitzendbureaus zich aan de regels blijven houden. Bedrijven die gebruik maken van uitzendbureaus, de zogenoemde inleners, mogen alleen zakendoen met uitzendbureaus die toegelaten zijn tot de markt.
Nederlandse Arbeidsinspectie
De Arbeidsinspectie zal toezicht houden op de verplichtingen voor in- en uitleners. De Arbeidsinspectie wordt daarvoor met 90 fte uitgebreid. Het toezicht houdt onder andere in dat de Arbeidsinspectie boetes kan opleggen aan uitleners die zonder toelating arbeidskrachten ter beschikking stellen, en aan inleners die arbeidskrachten inlenen van niet-toegelaten uitleners.
De toelating wordt geschorst als de minister vaststelt dat een uitlener niet (langer) voldoet aan de gestelde eisen en vervolgens niet op tijd herstelt. Zonder toelating mag de uitlener niet langer arbeidskrachten ter beschikking stellen.
Roemer
Het kabinet heeft bij de uitwerking van het toelatingsstelsel nauw samengewerkt met sociale partners uit de Stichting van de Arbeid en de uitzendbranche. Met dit wetsvoorstel wordt ook een van de aanbevelingen van Emile Roemer opgevolgd. Hij schreef in 2020 het rapport "Geen tweederangsburger", met daarin aanbevelingen om de positie van arbeidsmigranten te verbeteren. Er zijn op dit moment meer dan 15.000 uitzendbureaus in Nederland en naar verwachting zal het toelatingsstelsel vanaf 1 januari 2026 voor hen gelden.