Het pilotproject LOX tegen plagen, is succesvol afgerond. Er werd onderzocht of het mogelijk is om plaaginsecten te bestrijden door middel van verstikking met stikstofgas, door zuurstof in een afgesloten ruimte weg te nemen en te vervangen door stikstofgas, oftewel de Low OXygen methode (LOX).
De plagen Narcismijt (Planococcus citri), Californische trips (Frankliniella occidentalis), potworm (Lyprauta cambria) en citruswolluis (Planococcus citri) zijn getest met deze methode. Stichting Control in Food en Flowers (SCFF) onderzocht samen met het bedrijf Presscon de methode voor de gewassen Amaryllis, Potorchidee en Chrysant. Het doel was om te onderzoeken welke parameters (zoals temperatuur en tijdsduur) van de LOX behandeling het meest optimaal zijn per gewas en plaag. Eerst werden de meest extreme parameters onderzocht, waarbij de plaag verstikt werd, en vervolgens werd onderzocht of de parameters minder extreem konden zodat het gewas in een zo optimaal mogelijke conditie bleef.
Chrysant
Het bleek dat de aantallen Californische tripsen in chrysant 100% gereduceerd konden worden direct na de behandeling, maar ook na één week (geen uitgekomen eitjes). Optimale parameters werden gevonden voor bewortelde- en onbewortelde stek. De planten werden uitgeplant om te zien wat het effect was op de ontwikkeling daarvan. Tot op heden is geen negatief effect waargenomen behalve een lichte groeiachterstand. Wel is verder onderzoek nodig naar hoe bossen bloemen voor de export behandeld kunnen worden en hoe een praktijktoepassing gerealiseerd kan worden.
Amaryllis
Tegen Narcismijt werd bij een bepaalde temperatuur en tijdsinstelling, zowel in het lab als in de praktijk bij een amaryllisteler, een 100% afdoding behaald. De teler past de techniek nu op grote schaal toe op zijn bedrijf. Citruswolluis bleek lastiger dood te krijgen, maar uiteindelijk zijn parameters gevonden die een grote reductie teweeg brachten. Meer onderzoek is nog nodig voor de optimale parameters en een praktijktoepassing hiervan. Ook in Amaryllis werd geen negatief effect op de ontwikkeling van de bol gevonden, behalve de groeivertraging tijdens de uitgevoerde behandeling.
Potorchidee
De aantallen Vandatripsen in Potorchidee werden flink gereduceerd door de LOX-toepassing. Hoewel er nog geen 100% afdoding is behaald, is een goede richting gevonden. Voor potworm zijn wel parameters gevonden die een 100% afdoding teweegbrachten. Tijdens de eerste proeven met Phalaenopsis waren er problemen met malaatschade, waardoor de orchideeën na de behandelingen in slechte staat verkeerden. SCFF heeft een methode gevonden waardoor deze schade nu niet meer optreedt en de planten na de behandeling er nog net zo uitzien als voor de behandeling.
Vervolgonderzoek
PPS LOX is gehonoreerd. Hierdoor kan SCFF nog 3 jaar verder onderzoek doen naar LOX. SCFF wil onderzoeken of een goede praktijktoepassing gevonden kan worden voor de deelnemende gewassen en of nog meer plaaginsecten afgedood kunnen worden. Daarnaast wil SCFF ook onderzoeken of LOX een vervanging kan zijn voor het stomen van substraat (doding aaltjes). Mocht u interesse hebben om deel te nemen aan PPS LOX of meer informatie willen ontvangen neem dan contact op met Joop Woelke ([email protected]) van SCFF of met Liesbeth Nijs ([email protected]) van Glastuinbouw Nederland.
Lees hier meer over LOX tegen plagen. Dit project is uitgevoerd door Stichting Control in Food en Flowers (SCFF) en gefinancierd en gecoördineerd vanuit het innovatieprogramma Het Nieuwe Doen in Plantgezondheid van Kennis in je Kas (KijK). Mede mogelijk gemaakt door ketenpartner Presscon. De proef is begeleid door telers.
Bron: Glastuinbouw Nederland