Nederland zet goede stappen als het gaat om de verduurzaming van het wegverkeer, waarmee de doelstelling voor klimaatneutraliteit in 20250 haalbaar lijkt. Die conclusie trekt het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in een recent onderzoek. Voor de lucht- en scheepvaart is de uitdaging een stuk lastiger. Daar wordt ook wel verduurzaamd, maar is nog veel onduidelijker welke brandstoffen en energiedragers echt de toekomst zullen hebben.
De schrijvers van het rapport constateren dat er voor met name de scheepvaart de technologie nog in de kinderschoenen staat. Hoewel 2050 ver weg klinkt, is het volgens het PBL kort als je de levensduur van een schip of vliegtuig neemt. Deze gaan tientallen jaren mee en daarom is het belangrijk om met proefprojecten duidelijker te krijgen hoe nieuwe technologie kan worden ingezet. Ook moet er genoeg productiecapaciteit komen voor groene stroom, waterstof, biobrandstoffen en zogeheten e-brandstoffen.
Waterstof op lange termijn
De komende jaren is voor de lucht- en scheepvaart biobrandstof een belangrijke factor voor verduurzaming. Op langere termijn moet dat waterstof worden, zo denken de onderzoekers. "Ammoniakmotoren zijn nog niet klaar voor de markt. Batterij-elektrische aandrijving heeft een kleinere rol, maar kan wel worden toegepast in de verduurzaming van de kustvaart", aldus het PBL.
Het wegverkeer lijkt wel op koers te liggen om de doelen van 2050 te halen, al zijn er nog wel wat spreekwoordelijke beren op de weg. Zo wijzen de onderzoekers op het overvolle elektriciteitsnetwerk en het draagvlak bij consumenten en bedrijven om daadwerkelijk een elektrisch voertuig aan te schaffen.
Bron: evofenedex