De Europese Commissie heeft woensdag een reddingsplan voor de Europese industrie gepresenteerd. EU-Commissaris voor Klimaat Wopke Hoekstra belooft in de Clean Industrial Deal minder regels, meer ruimte voor staatssteun en er komen vele miljarden extra voor start-ups. Ook gaat Europa erop toezien dat als bedrijven groen gaan produceren, er dan ook een afzetmarkt is voor die groene producten.
De Europese industrie heeft het zwaar. Dat laat zich bijvoorbeeld voelen in de markt voor tuinbouwglas. Daar is momenteel (tijdelijk?) geen Europese productie meer.
Het grootste probleem voor de Europese industrie zijn de hoge energieprijzen. Dat komt onder meer door hoge energiebelastingen, die nog eens extra hoog zijn in Nederland door Nederlands beleid. Hoekstra spoort landen aan de energiebelastingen te verlagen, ook als dat minder belastingopbrengsten voor overheden betekent. Er komt geen wet die landen verplicht de energiebelastingen ook echt te verlagen.
Kritiek is er ook, vanuit de klimaatbeweging en ook wijzen grote industriebedrijven erop dat er ook haast geboden is met invoering van de maatregelen. Het is één voor twaalf. Steeds meer industrietakken in Europa hebben het zwaar, of liggen al (gedeeltelijk) stil.
EU-energieprijzen verlagen, maar hoe?
De Europese Commissie komt ook met een 'Action Plan for Affordable Energy'. Het Affordable Energy Action Plan is erop gericht om de energierekening voor huishoudens en bedrijven te verlagen en de energie-infrastructuur te versterken. "Hoge energieprijzen in Europa in vergelijk met concurrenten in de Verenigde Staten en China zijn een existentieel probleem voor de energie-intensieve industrie", stelt de Vereniging voor Energie, Milieu en Water (VEMW). "Dit schaadt de concurrentiepositie van de EU en kan leiden tot de verplaatsing van cruciale industrieën naar andere regio's."
Op dat plan, en de Clean Industrial Deal, reageert ook Energie-Nederland. Over verlaging van de energieprijzen stelt men dat beleidsmakers zich er bewust van moeten zijn dat Europa voor een groot deel van energievoorziening afhankelijk is, en blijft, van het buitenland. "Op de wereldmarkten kunnen prijzen niet eenzijdig aangepast worden, omdat de energie dan simpelweg niet meer onze kant opkomt."
Ook vanuit de VEMW zet men vraagtekens bij het energie-plan. Algemeen directeur VEMW, Hans Grünfeld in een reactie: "Elektrificatie is maar een deel van de oplossing. Gas voorziet nog steeds het gros van de Europese energiebehoefte. Helaas tasten wij nog in het duister over de doeltreffendheid van de voorgestelde maatregelen om de gasprijs te verlagen. Een goed functionerende markt is essentieel, maar of een beter functionerende markt zal zorgen voor een lagere gasprijs valt te betwijfelen. Dit veronderstelt immers dat de huidige markt niet optimaal functioneert, hetgeen allerminst vaststaat."