Op vrijdag 21 maart bezocht minister Sophie Hermans van het ministerie van Klimaat en Groene Groei samen met en lokale bestuurders het warmteproject Trias Westland. "Aardwarmte is bewezen techniek, het is goedkoop en het maakt ons onafhankelijk van buitenlandse energieproducenten. Bovendien betekent méér warmte, mínder netcongestie", vertelde gedeputeerde Berend Potjer.
Het bezoek diende om de minister te laten zien wat er al mogelijk is met aardwarmte. De roep om aardwarmteproductie op te schalen is hard, maar buiten glastuinbouwgebieden zoals Westland is de aanwezigheid van aardwarmteprojecten nog beperkt. De warmtetransitie loopt onder meer tegen problemen met aanleg van (dure) warmtenetten aan.
In de provincie Zuid-Holland liggen grote kansen voor de aanleg van warmtenetten, stelt de provincie Zuid-Holland in een bericht over het bezoek van de minister. De Zuid-Hollandse bodem is geschikt om naar aardwarmte te boren (met diepe, poreuze zandsteenlagen). Ook is er vanwege de industrie in de haven veel restwarmte. Volgens een recent rapport kunnen in Zuid-Holland een miljoen huishoudens, 3.000 hectare bedrijven en 4.000 hectare glastuinbouw op warm water kunnen overstappen.
Maar de overstap naar verwarmen met aardwarmte gaat niet vanzelf. De provincie en gemeenten denken dat het alleen lukt door samen te werken in regionale clusters. Ook moet het financieel aantrekkelijker worden voor bewoners om van aardgas op aardwarmte over te stappen. Daarvoor moet minister Hermans met spoed de regelgeving aanpassen.
Aardwarmte (warm water) is een belangrijk en goedkoop alternatief voor aardgas. Het Westland loopt voorop met de toepassing van aardwarmte. Daar heeft een groep ondernemers (onder andere uit de glastuinbouw) een aardwarmteproject ontwikkeld: Trias Westland. Met 2 warmwaterbronnen op ruim 2 kilometer diepte worden meer dan 50 bedrijven en 350 woningen verwarmd.