Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Afzet gewasbeschermingsmiddelen daalt sinds 2020

De afzet van gewasbeschermingsmiddelen is in 2023 afgenomen naar 7,5 miljoen kg werkzame stof. Dat is 17 procent minder dan een jaar eerder. Sinds 2018 is de afzet onder de 10 miljoen kg. De afzet daalt sinds 2020, constateert het Compendium voor de Leefomgeving aan de hand van CBS-cijfers.

© CLO
Totale afzet in 2023 fors lager dan in 2022
De totale afzet van gewasbeschermingsmiddelen is in 2023 met 7,5 miljoen kg ruim onder de 10 miljoen kg werkzame stof in 2017. De afzet in 2023 is 17 procent lager dan in 2022 en 20 procent lager dan in 2020, toen de totale afzet nog ruim 9,8 miljoen kg bedroeg (CBS, 2025). In de periode 2011-2017 schommelde de afzet rond 11 miljoen kg (CBS, 2020). De afzet in 2023 is 31 procent van de afzet in 2011.

Bestrijding van schimmels en bacteriën (fungiciden F)
In 2023 is 2,5 miljoen kg aan middelen afgezet voor de bestrijding van schimmels en bacteriën. Dit is 0,5 miljoen, ofwel ruim 16 procent, minder dan een jaar eerder. Deze verdere daling in 2023 komt vooral door een normaler afzet in de productengroep 'andere fungiciden voor captan' (in F99) waarbij de sinds 2022 volledig verdwenen van afzet van dithiocarbamaat mancozeb enigszins wordt gecompenseerd door een toename van carbamaat propamocarb (in F02) (zie voor de afzet per stof referentie LVVN, 2024).

De middelen voor bestrijding van schimmels en bacteriën nemen nog steeds het grootste aandeel in de totale afzet van gewasbeschermingsmiddelen. Het aandeel schommelde per jaar tussen de 40 en 45 procent, maar is sinds 2018 gedaald van 46 naar 33 procent. Dit komt vooral door het wegvallen van de afzet van mancozeb.

Droge warme zomers leiden doorgaans tot een lager gebruik, natte koude zomers juist tot een hoger gebruik.

Bestrijding van onkruiden en loofdoding (herbiciden H)
In 2023 is 2,4 miljoen kg aan middelen afgezet voor het bestrijden van onkruiden en loofdoding. Dit is 0,5 miljoen kg minder dan in 2022 en dat is een daling van 11 procent sinds 2022. Sinds 2018 zien we een geleidelijke daling. In 2017 werd het meeste glyfosaat afgezet (zie H99 Andere Herbiciden), maar in 2023 zien we een afname ten opzichte van 2022 (LVVN, 2024). Ook voor MCPA (in H01 Herbiciden; fenoxy-fytohormonen) zien we een afname. De afzet van middelen voor het bestrijden van onkruiden en loofdoding fluctueert jaarlijks, maar doorgaans minder dan bij de middelen voor schimmel- en bacteriebestrijding. Het aandeel van de middelen voor onkruidbestrijding en loofdoding schommelt al jaren tussen de 25 en 30 procent. In 2023 is het 32 procent.

Sinds 2016 is het professioneel gebruik van bestrijdingsmiddelen buiten de landbouw op verhardingen en in openbaar groen niet meer toegestaan. Alleen enkele uitzonderingen mogen nog. Dit heeft een beperkte invloed op de afzet voor onkruidbestrijding. In 2023 is nagenoeg al het professioneel gebruik in de niet-landbouw verboden.

Bestrijding van insecten en mijten (insecticiden en acariciden I)
In 2023 is nog maar 1,7 miljoen kg aan middelen afgezet voor het bestrijden van insecten en mijten. In 2022 was dit 2,3 miljoen kg. Dat is dus een afname van 27 procent. De afzet van middelen voor de bestrijding van insecten en mijten steeg aanvankelijk sinds 2018, maar daalt nu sinds 2021. De afzet voor insecten wordt gedomineerd door de afzet van paraffine-olie (in I99 Andere insecticiden), die piekte in 2016 (LNV, 2024). Het aandeel in de totale afzet is in 2023 22 procent en schommelt over de jaren tussen de 15 en 30 procent.

Overige gewasbeschermingsmiddelen
De afzet van de 'overige middelen', grondontsmettingsmiddelen en plantengroeiregulatie en slakkenbestrijding, is 0,95 miljoen kg in 2023. Sinds 2017 was er een geleidelijke toename, maar nu in 2023 dus een daling. De plantengroeiregulatie steeg aanvankelijk maar stabiliseert nu. Tussen 2013 en 2017 was er juist een afname voor 'overige middelen'. Gedurende de periode 2011-2013 was het nog 1,8 miljoen kg. De afzet van 'overige middelen' is daarmee de laatste jaren 1 miljoen kg lager dan in 2013, hetgeen een gevolg is van het minder toepassen van metam-natrium als grondontsmettingsmiddel (CBS, 2025). In 2023 zien we een verdere daling (in ZR03 grondontsmetters).

Nagenoeg alle afzet is chemisch
De totale afzet in 2023 is 7,506 miljoen kg, terwijl de afzet exclusief microbiologische middelen en middelen van botanische oorsprong (totaal minus F06 en I05) 7,263 miljoen kg is. Het aandeel chemisch is dus 96,8 procent. Dat is vergelijkbaar met 2022.

Harmonised Risk Indicator
Sinds mei 2019 heeft de Europese Commissie indicatoren vastgesteld om daarmee het gebruik van laag-risicostoffen te stimuleren en het gebruik van stoffen met hogere risicoprofielen te ontmoedigen. Naarmate het risicoprofiel van een werkzame stof lager is, heeft de stof een lagere wegingsfactor. De indicator wordt als eerste toegepast op de afzetcijfers. Ministerie LVVN publiceert de gegevens voor Nederland op haar website (LVVN, 2024). De publicatie Staat van Plantgezondheid (WPR, 2023) bespreekt de trends.

Bepalende variabelen in de afzet van gewasbeschermingsmiddelen
Het verbruik van gewasbeschermingsmiddelen, en daarmee ook de verkoop ervan, wordt bepaald door een mix van variabelen. Schommelingen in de afzet komen door de jaarlijks wisselende gewasarealen binnen de landbouw, de mate waarin ziekten, plagen en onkruiden jaarlijks voorkomen, het beschikbare middelenpakket, de middelenkeuze en in hoeverre geïntegreerde gewasbescherming is toegepast. De relevantste variabelen zijn het toelatingsbeleid in Europa en het weer, als gevolg van elk jaar wisselende weersomstandigheden tijdens de groei van de gewassen.

Bron: CLO

Voorpaginafoto: © CLO

Publicatiedatum: